top of page

De zoektocht naar het gezamenlijk belang

Terwijl het stof van de verkiezingsuitslag van 22 november amper is neergedaald, breekt de tijd aan voor de gezamenlijke zoektocht naar de combinatie van politieke opvattingen die op draagvlak kan rekenen in het land, de Tweede Kamer én de Eerste Kamer. Profilering en polarisatie moeten worden overbrugd om de verbinding te vinden die zo ver te zoeken was tijdens de campagneperiode.


Door de standpunten van de verkiezingswinnaar is het onduidelijk of dit gaat lukken. En of het slagen wel wenselijk is. Persoonlijk denk ik van wel. Zondebokpolitiek wordt namelijk slechts aantrekkelijk gevonden als er diepe redenen zijn voor ongenoegen: zoals het gebrek aan betaalbare woningen, gebrek aan bestaanszekerheid, enorme tekorten in de zorg, eenzaamheid, toenemende ongelijkheid, etc. En een perspectief op verbetering ontbreekt. Er komen vast nog vele analyses naar de manieren waarop progressieve partijen dit perspectief beter hadden kunnen bieden. Waar ik nu vooral benieuwd naar ben is: hoe gaan de zojuist verkozen volksvertegenwoordigers een antwoord vinden op dit massale ongenoegen? Welke regering kunnen zij vormen? En kunnen we hiermee ook als samenleving weer verbinding vinden?

In de hoop scherp te zijn op de Haagse antwoorden die worden gevonden, deel ik graag mijn analyse. Neem het met een korrel zout, want als toeschouwer is het niet eenvoudig te ontwaren wat er precies speelt. Maar ik voel me gesterkt door het feit dat de befaamde Haagse Insider op X tot een soortgelijke analyse komt. En wat er nu lijkt te gebeuren vind ik hoopgevend.

1) Het kapen van de spilfunctie van Wilders (én Omtzigt)


Zoals altijd is de zoektocht begonnen met het bepalen wie de spilfunctie heeft. Wie is aan zet om een verkenner aan te wijzen? We zijn gewend dat de grootste partij deze rol krijgt toebedeeld vanwege de verkiezingswinst. Maar door het rechts-extremistische gedachtegoed van de PVV is kennelijk besloten het oude speelboek weg te gooien. Dit werd zichtbaar vrijdagochtend.


Kort voor de eerste bijeenkomst met alle partijleiders, deelde Yeşilgöz mee dat ze eventuele regeringsdeelname van de VVD afwijst vanwege het geleden zetelverlies. Woordkeuze én timing van deze uitspraak waren weloverwogen en bewust. De VVD haalde hiermee de wind uit de zeilen van de PVV, nog voordat Wilders de verkiezingswinst naar echte macht kon vertalen. En hoewel het gissen is naar de exacte redenen, liggen de volgende motieven voor de hand:


  • Een meerderheidskabinet op rechts met PVV, NSC en BBB kan op draagvlak rekenen bij de VVD achterban. 84% van de VVD stemmers wil een rechts kabinet met de PVV. Maar er is ook een deel binnen de VVD dat bezwaren heeft tegen de overtuigingen van Wilders en niet vergeten is hoe hij het kabinet van Rutte I heeft laten vallen.

  • Yeşilgöz wil zelf niet in een kabinet onder het leiderschap van Wilders.

  • De bestuurlijke onervarenheid van PVV, NSC en BBB is groot. Het creëert een risico op (onverwachte) vroegtijdige verkiezingen, waar de VVD weinig controle over heeft. Het is deze keer al niet gelukt om te profiteren van vroegtijdige verkiezingen, terwijl ze controle hadden over de timing én het centrale thema van de verkiezingen.

  • En niet onbelangrijk: een coalitie met de PVV brengt de internationale politieke campagne van Mark Rutte in gevaar. Hiervan zijn de eerste signalen al zichtbaar.


Yeşilgöz had dit soort bezwaren prima op tafel kunnen leggen in het gesprek met verkenner Van Strien (PVV). Ware het niet dat ze dan de controle over de wijze waarop het naar buiten zou komen kwijt was geweest. Het was gunstiger zelf het voortouw te nemen en de formeel aan Wilders toebedeelde spilfunctie te kapen.


Met als gevolg dat niet alleen de optie van een meerderheidskabinet op rechts is uitgesloten. Maar ook een minderheidskabinet met gedoogsteun praktisch onhaalbaar is. Een combinatie van VVD, PVV en BBB met gedoogsteun van de NSC had een kans van slagen. Terwijl een minderheidskabinet van NSC, PVV en BBB met gedoogsteun van VVD alleen op papier mogelijk is. Omtzigt vindt immers dat een minderheidskabinet de grondwet centraal moet stellen. Het tast de geloofwaardigheid van NSC aan als de PVV-geschiedenis van anti-rechtstatelijke opvattingen vergeten wordt. Daarnaast zal NSC ongetwijfeld ook andere mogelijkheden zien en inbrengen bij de verkenner. Vandaar dat de VVD deze kastanje door NSC uit het vuur laat halen.


Ook heeft de VVD een meerderheidskabinet in het midden – waar haar achterban de grootste weerstand tegen heeft – van tafel gehaald. Terwijl het voor de haalbaarheid van zo’n middenkabinet aanvankelijk bepalend leek of Omtzigt wel of niet in een kabinet met de PVV zou willen stappen, heeft de VVD de sleutelpositie van NSC overgenomen en de haalbaarheid uitgesloten door überhaupt niet in een kabinet te willen.


Nu kan ik hier cynisch constateren dat de VVD enkel in eigen belang handelt. Maar het grotere, gezamenlijke belang wordt hier zeker ook door gediend. Yeşilgöz heeft immers de ruimte voor het ondermijnen van mensenrechten van iedereen in Nederland drastisch ingeperkt. Tevens baande ze hiermee de weg voor het verkennen van twee kabinetsvormen die normaliter niet als serieuze optie op tafel zouden liggen.


2) Een extraparlementair meerderheidskabinet op rechts


De eerste optie die nu serieus overwogen zal worden is een extraparlementair kabinet. Dit is een kabinet dat wordt gevormd op basis van een akkoord op hoofdlijnen (in plaats van een regeerakkoord) dat vervolgens niet wordt ondertekend door de betrokken politieke partijen. In plaats daarvan worden bestuurders geleverd die op persoonlijke titel plaatsnemen in het kabinet. Zo zou Yeşilgöz wederom minister kunnen worden; niet namens de VVD maar namens zichzelf. Ook kunnen politici van andere, niet-betrokken politieke partijen (denk aan SGP, JA21) deelnemen of zelfs niet-politici.


Een extraparlementair kabinet is dus een kabinet dat op afstand staat van de politiek. Onderzoek laat zien dat het politieke eigenaarschap van het regeringsbeleid hierdoor ook afneemt. Waarom gaat deze kabinetsvorm dan toch serieus overwogen worden?


  1. Het maakt een meerderheidskabinet van PVV, VVD, NSC en BBB zonder premier Wilders mogelijk.

  2. Het geeft PVV, VVD, NSC en BBB de ruimte om deel te nemen aan de regering en tegelijkertijd uiterst kritisch te zijn op de regering in de Kamer. Het is in die zin bijna een luxepositie: verantwoordelijkheid pakken en toch ook weer niet.

  3. Een akkoord op hoofdlijnen strookt met de wens van Omtzigt om het politieke primaat steviger bij de Tweede Kamer te leggen.

  4. Ook biedt het ruimte voor vakministers, wat tevens een wens is van Omtzigt en waarmee PVV, NSC en BBB het tekort aan bestuurlijk ervaring in hun partij kunnen compenseren.


Hierdoor acht ik de kans groot dat we een extraparlementair meerderheidskabinet op rechts krijgen. Maar wie wordt dan wél premier? Vermoedelijk iemand met uitgebreide politieke ervaring, die geloofwaardig boven de partijen kan staan. Zoals Johan Remkes, die overigens al eerder leiding gaf aan een extraparlementair kabinet als interim gouverneur van Limburg. Of hij het zal worden is afwachten.


Wat mij sterkt in deze gedachte is dat dit type kabinet ook het grote, gezamenlijke belang kan dienen. In een akkoord op hoofdlijnen zijn immers geen concessies nodig richting de anti-rechtstatelijke opvattingen van de PVV. Door het akkoord sec te focussen op bijvoorbeeld bestaanszekerheid en migratie, kunnen er meerderheden in de Kamer gevormd worden op andere thema’s: zoals klimaatverandering. Aangezien de meerderheid in de Kamer vóór het voeren van klimaatbeleid is, zou men hier gewoon mee kunnen doorgaan.


3) Een zakenkabinet met kamerbrede steun op specifieke thema’s


De tweede optie die serieus overwogen zal worden is een zakenkabinet. Dit is een specifiek type extraparlementair kabinet, dat (vrijwel) geheel bestaat uit personen die niet lid zijn van een politieke partij.


Waarom gaat deze kabinetsvorm overwogen worden?


  1. De argumenten voor een normaal extraparlementair kabinet gelden net zozeer voor een zakenkabinet.

  2. Omzigt vindt een zakenkabinet ideaal. Hij verwacht dat een kabinet bestaande uit vakministers de uitvoerbaarheid van regeringsbeleid ten goede zal komen.

  3. Een zakenkabinet staat nog verder op afstand van de politiek. Hiermee kunnen VVD en NSC de samenwerking met PVV minimaliseren.


Het feit dat er geen politici vanuit de eigen achterban aan dit kabinet geleverd kunnen worden, zal echter een groot nadeel zijn voor PVV, VVD en BBB. Waardoor dit niet de voorkeursvariant wordt.


Het is wel mijn persoonlijke voorkeursvariant. Niet om bovenstaande redenen. Maar vanwege de kans om het échte gezamenlijke belang te vinden. Het is namelijk mogelijk om het hoofdlijnenakkoord voor een zakenkabinet met z’n allen te schrijven. Dit houdt in: eerst kijken welke meerderheden er per thema zijn. En vervolgens vanuit deze meerderheden een akkoord op hoofdlijnen schrijven. Zo kunnen VVD, D66, GLPvdA, PvdD, Volt, CU, CDA en SP bijvoorbeeld de paragraaf over klimaatbeleid schrijven. En de paragraaf over migratie bijvoorbeeld door VVD, PVV, BBB, NSC, JA21, SGP en CDA.


Dit klinkt wellicht als een droom, maar een breed akkoord op hoofdlijnen is in gemeenten verschillende malen realiteit geworden. Zie hiervoor het onderzoek van Lianne van Kalken. Dus waarom niet in de Tweede Kamer?


Kan het gebeuren? Ja. Als men het overkoepelend belang van Nederland laat prevaleren boven het partijbelang. Als ze over hun eigen schaduw weten heen te springen is de opbrengst groot: verbinding in de Tweede Kamer, Eerste Kamer en in de samenleving. Wat kan beter zijn dan dat?

bottom of page